De hoofdvragen onder de titel zou ik nu al kunnen beantwoorden, maar ik zoek nog even verder.
De functie van school bijvoorbeeld, waarbij je als docent al snel geneigd bent te denken dat dit wel helder is.
Dat is een opvoedkundig verhaal, en gaat over een startkwalificatie.
School geeft je een opleiding en een diploma en bereid je voor op je werkende leven (selectie), bied je een stuk socialisatie( integratie en cohesie) en helpt je met de waan van alledag het hoofd te bieden (persoonlijkheidsvorming).
Daarnaast heeft de school als het aan de rest van de samenleving ligt nogal wat waar te maken.
Burgerschapsvorming, veilig verkeer, veilig vrijen, competentie gericht denken, plichtsbesef en verantwoordelijkheid; allemaal zaken waar de school een stuk aan bij moet dragen.
Zelfs ouders vinden dat dit allemaal vooral de taak van school is om te implementeren, je zou er bijna allemaal kostscholen van moeten maken, want als het thuisfront niet meewerkt kun je kletsen als brugman, de opvoeding thuis is veel sterker dan de invloed van school...
Terwijl dit natuurlijk allemaal van totaal ondergeschikt belang is, vanuit de jongere gezien.
School is een noodzakelijk kwaad, waar iedere volwassene de hele dag oplossingsgerichte gesprekken met je aan het voeren is, je dood gooit met kennis waarvan de relevantie de eerste jaren helemaal niet tot je doordringt, en waar je eigenlijk liever niet de hele dag bent.
Ook al is het fijn dat er een plek is waar altijd wel iemand van je kennissenkring rondhangt en meestal is er ook altijd wel koffie te krijgen.
Ik hing zelf voornamelijk om die reden rond op school als ik er al dan niet verplicht een rooster aan het volgen was...mijn succes op het gebied van startkwalificaties was direct gekoppeld aan hoe fijn ik het had op school met vrienden en later ook vaak met docenten.
Ik vermoed dat dit voor de leerlingen waar ik mee werk ook voor een deel zo werkt.
Sommigen overdrijven het sociale aspect en komen om kwart over vier koffie drinken (de school sluit om half vijf) en maken meteen even plannen voor de rest van de dag met hun maten om vervolgens te vertrekken voordat ze hun kopjes moeten gaan afwassen richting de stad.
Slimme jongeren zien daarnaast in school zelf ook wel een middel waarmee ze kunnen leren om zich te handhaven (strategie en competitie), waar ze het best gezellig kunnen hebben (groepsverbondenheid) en waar ze zich zelf voorbereiden op hun leven na hun schooltijd (identiteitsvorming).
En ook al is het erg gebruikelijk om net te doen alsof school je niets kan schelen, stiekem hopen ze allemaal op zo veel mogelijk opties en vaste basis als de rit er op zit.
Want kiezen wat je later gaat doen is op zich al een heel gedoe, je moet er al erg vroeg over nagedacht hebben, en je profiel is iets waar je de rest van je leven aan vast lijkt te zitten.
Een verkeerde keuze en al die jaren heb je voor niets je best gedaan op die school...
Relativeren is niet het sterkste punt van een jongere.
Ik vond het vroeger altijd heel erg prettig als iemand tegen me zei dat je best verkeerde keuzes mag maken, dat het tenslotte ook maar school is en je een leven lang hebt om keuzes te maken en te leren.
WELKOM!
Om te beginnen. Dit was een opdracht voor mijn opleiding. Ik heb geen psychologie gestudeerd. Hier mag van alles gaan gebeuren. Door mij en door u, de mensen van mijn studiegroep. We zien wel wat het wordt. Het is werk in uitvoering. Hier staan korte bespiegelingen gericht op mijn studie, om precies te zijn op een klein onderzoekje om antwoord te krijgen op drie onderzoeksvragen met betrekking tot jeugdcultuur:
Wat is een peergroup en waarom ontstaat deze? Wat is de rol hierin van de adolescent? Wat zijn voor- en nadelen van een peergroup?
De antwoorden komen nog. Denk ik. Ik ben zelf overigens ook een deel van een peergroup. En zodra ik weet welke laat ik het u ook weten !
Om te beginnen. Dit was een opdracht voor mijn opleiding. Ik heb geen psychologie gestudeerd. Hier mag van alles gaan gebeuren. Door mij en door u, de mensen van mijn studiegroep. We zien wel wat het wordt. Het is werk in uitvoering. Hier staan korte bespiegelingen gericht op mijn studie, om precies te zijn op een klein onderzoekje om antwoord te krijgen op drie onderzoeksvragen met betrekking tot jeugdcultuur:
Wat is een peergroup en waarom ontstaat deze? Wat is de rol hierin van de adolescent? Wat zijn voor- en nadelen van een peergroup?
De antwoorden komen nog. Denk ik. Ik ben zelf overigens ook een deel van een peergroup. En zodra ik weet welke laat ik het u ook weten !
Geen opmerkingen:
Een reactie posten